WijktoenWijknu
Kastelen in Wijk bij Duurstede, Cothen en Langbroek
Fotografie: Winfried Leeman
De gemeente Wijk bij Duurstede heeft een groot aantal kastelen binnen haar gemeentegrenzen waarvan verreweg het grootste aantal in Langbroek staat in het gebied van de Langbroekerwetering. Het maakt het gebied toeristisch interessant en de moeite waard om er de tijd voor uit te trekken en een wandeling of rondrit te maken. Niet alle kastelen zijn vanaf de weg gemakkelijk zichtbaar. Hier ziet u een voorproefje van wat u tegen zult komen. Rechts bovenin de foto ziet u het wapen van het kasteel.
Kasteel Duurstede




In 1270 laat Zweder van Abcoude het eerste bakstenen bouwsel verrijzen, de Donjon. In het midden van de 15e eeuw ging de heerschappij over op de bisschop van Utrecht. Wijk bij Duurstede werd in Europa opnieuw belangrijk. Dat had te maken met de komst van de Bourgondische bisschoppen. David werd tot de nieuwe bisschop van Utrecht benoemd. Hij vond de enkele Donjon toren te pover en liet het hele eiland uitbouwen tot een groot machtig kasteel. David werd opgevolgd door zijn halfbroer Philips die in 1524 stierf. Die voelde niets voor het aanvaarden van de erfenis omdat hij dan ook de vele schulden moest betalen.
Nadat Karel V kort het kasteel in zijn bezit had werd het eigendom van de Staten van Utrecht. De Fransen verwoestten in 1672 de binnenstad van Wijk bij Duurstede, maar lieten het kasteel ongemoeid. Toen zij weg waren heeft de bevolking stenen van het kasteel gesloopt voor de herbouw van hun huizen. In 1852 kreeg Wijk bij Duurstede de ruïne in eigendom. In 1883 en 1948 vonden restauraties aan de Bourgondische toren plaats. In 1986 kwam de vierkante Donjon aan de beurt.
Kasteel Rhijnestein
Kasteel Rhijnestein ligt iets ten oosten van Cothen aan de noordzijde van de Kromme Rijn. In 1248 wordt Rhijnestein voor het eerst vermeld met als eigenaar Steven van Wijk. De zoon van Van Wijk, Daem van Bloemenweerde wordt als eigenaar vermeld in 1303. Het is niet zeker of de woontoren er toen ook al stond. De toren dateert in ieder geval van voor 1361. In de zeventiende eeuw is een lid van het geslacht Ridder van Groenesteyn eigenaar en deze bouwt naast de toren een huis met twee trapgevels en laat het poortgebouw verbouwen.
In 1827 komt Rhijnestein via Isabella van Westreenen in de familie Van Beeck Calkoen. Het huis dat in de zeventiende eeuw gebouwd was, is dan inmiddels gesloopt. In de jaren 1873-1874 wordt er weer een nieuw huis tegen de toren aangebouwd en in 1887 wordt aan de andere zijde van het huis een bijna identieke toren toegevoegd, waardoor het huis min of meer symmetrisch wordt. Bij deze verbouwing werd ook de oorspronkelijke toren aanzienlijk verbouwd.
De nazaten van de familie van Beeck Calkoen hebben het kasteel nog steeds in bezit.
Kasteel Sandenburg


Kasteel Walenburg staat langs de Langbroekerwetering in Langbroek. De toren staat op een eilandje en is toegankelijk via een poortgebouwtje met brug. De oudste vermelding dateert van 1260. Rond 1300 is er al sprake van een verbouwing van de toren. Waarschijnlijk zijn de oudste bewoners van het geslacht Proeys. Zij droegen het aan het eind van de 14e eeuw over aan de familie De Ridder. Na vele omzwervingen kwam het kasteel in 1803 in handen van Gijsbert Karel Cornelis Jan baron van Lynden van Sandenburg.
In 1965 begon architect E.A. Canneman in samenwerking met de familie met de restauratie van de toren. Hij maakte van de bouwval weer een bewoonbaar gebouw, zorgde ervoor dat de tuinenwerden ingericht en heeft er tot zijn dood gewoond. Nadat het echtpaar uit Walenburg was getrokken, is de familie van Lynden van Sandenburg in de nu fraai gerestaureerde woontoren gaan wonen. In de oostgevel bevindt zich een steen met vrijwel inscriptie. Zowel de betekenis van de steen als de herkomst van de inscriptie zijn onbekend.
Kasteel Lunenburg


Kasteel Weerdesteyn staat ongeveer 750 m ten zuiden van de Langbroekerwetering, aan het einde van de Weerdesteynselaan in Langbroek. De eerste vermelding dateert van 1333. Mogelijk is het kasteel rond 1300 gebouwd door Philips van Weerdesteyn. Lang blijft het kasteel niet in deze familie want zijn neef, ook Philips geheten en zoon van zijn broer Willem, verkoopt het huis in 1358 aan Johan van de Wetering.
In 1425 wordt het huis weer verkocht aan Willem van Berkhout en na bijna honderd jaar (1516) aan Roelof Grauwert. In de familie Grauwert blijft het kasteel tot 1676. In 1730 koopt Eduard Joseph Ram van Schalkwijk het kasteel. Via zijn zoon Eduard Petrus erft Anna Catharina Maria Ram van SDchalkwijk het kasteel. Zij is getrouwd met Hendrik Jacob baron van Wijkerslooth de Weerdesteyn. Deze familie heeft het kasteel nog steeds in bezit.


Kasteel Sandenburg ligt aan de noordzijde van de Langbroekerwetering in Langbroek. De oudste vermelding dateert van 1391. In dat jaar wordt Sandenburg beleend aan Jan van Zijl. Tien jaar later, in 1402, wordt Sandenburg beleend aan Steven de Ridder. In zijn familie blijft het tot het geslacht in mannelijke lijn uitsterft. Erfdochter Antonia de Ridder wordt in 1491 met het kasteel beleend en zij trouwt met Floris van Pallaes. In 1577 komen we weer een erfdochter tegen en wel Elisabeth van Pallaes; zij trouwt met Dirk Borre van Amerongen.
In de 18e eeuw vererft het kasteel op de familie Smissaert. In 1766 komt het kasteel in bezit van Johan Mathias Singendonk. In 1792 wordt Sandenburg verkocht aan Gijsbert Carel Cornelis Jan Baron van Lynden. In 1862 wordt het door F.A.C van Lynden van Sandenburg verbouwd tot het huidige kasteel. Sinds 1989 wordt het bewoond door Laure Henriette Labouchère, weduwe van C.Th.E. Graaf van Lynden van Sandenburg. De huidige bewoners zijn Graaf en Gravin van Lynden van Sandenburg - De Muralt.
Kasteel Walenburg


Kasteel Lunenburg ligt aan de zuidzijde van de Langbroekerwetering in Langbroek. Het kasteel stond er al in 1339. De vermoedelijke eerste eigenaar was Arnold van Lunenburg. Waarschijnlijk zal het kasteel vooral als woongelegenheid gediend hebben. In 1422 kreeg Gijsbrecht de Ridder het kasteel in leen. Hoewel de naam Lunenburg voor het eerst in 1339 voorkomt kan de toren toch in de tweede helft van de 13e eeuw gebouwd zijn. Het steenformaat en het Vlaams verband in het metselwerk duiden daarop. Waarschijnlijk nog aan het eind van de 18e eeuw heeft de familie Van Lynden de grachten rond de woontoren laten dempen en de woontoren laten uitbreiden met een gepleisterd landhuis.
Opmerkelijk is dat men veel moeite heeft gedaan om de woontoren te handhaven. In de laatste fase van de tweede Wereldoorlog werd Lunenburg gebombardeerd omdat enige tijd daarvoor Duitse legervoertuigen onder de bomen geparkeerd hadden gestaan. Daardoor werd het kasteel ernstig beschadigd: de gehele zuidhoek van het 19e eeuwse huis werd weggeslagen. Al spoedig werden plannen gemaakt voor de herbouw van het kasteel. Tijdens de reatsuratie kwamen diverse oorspronkelijke details aan het licht.
Kasteel Weerdesteyn


Kasteel Hindersteyn


Kasteel Hindersteyn staat aan de Langbroekerwetering in Langbroek. Het kasteel werd in ongeveer 1300 gesticht. Het precieze jaartal van de stichting van Hindersteyn is niet bekend, maar het moet omstreeks 1300 zijn gesticht door een Hinder van Wulven uit het geslacht van Wulven. Zijn naam Hinder (van Hendrik), vermeerderd met "steyn", wat "stenen hoofdgebouw" betekent, vormt de naam Hindersteyn. Omstreeks 1315 was Hindersteyn in het bezit van Willem van Suermont. Dit geslacht is afkomstig uit Weithuizen bij Beusichem. Het huis ging over van vader op zoon, totdat in 1463 Berent Grauwert, schepen van Utrecht, ermee wordt beleend door bisschop David van Bourgondië.
In 1538 werd Hindersteyn erkend als ridderhofstad. Na vele omzwervingen van familie naar familie en vele functies van woonhuis tot hooiopslag werd uiteindelijk door de toenmalige eigenaren de familie de Wijkerslooth de Weerdesteyn het besluit genomen het kasteel met landgoederen te verkopen. In 1971 werd 60 ha verkocht aan H.J.E. van Beuningen. De buitenplaats van 5 ha werd in 1972 verkocht aan A.F. Geytenbeek, de huidige bewoner.